Antwerpen

Hugo De Ridder

Humo publiceert deze week (23 juli 2013) een gesprek met Hugo De Ridder. Die wordt (wie had het kunnen vermoeden?) geïntroduceerd als ‘dé éminence grise van de politieke journalistiek in België’.

Ja hoor, de man (nu 81 jaar) was jarenlang de politiek commentator van De Standaard. Dat was in de tijd dat die krant nog trots op de voorpagina het letterkruis droeg met de letters AVV VVK (Alles Voor Vlaanderen, Vlaanderen Voor Kristus). Dat motto is exact wat De Ridder steeds uitdroeg in zijn commentaren: de denkbeelden van de flamingante vleugel van de christendemocratische CVP, en dan vooral vanuit het oogpunt van de ondernemers en de middenstand. In die zin is de man in al die jaren weinig veranderd, en verbaast het niet dat hij laat optekenen over de regering-Di Rupo: “Ze heeft al één en ander om trots op te zijn. Het aantal ambtenaren wordt verminderd, de werkloosheidsuitkeringen worden beperkt, de pensioenen hervormd: maatregelen die enkele jaren geleden ondenkbaar waren.”

Het is het inmiddels klassieke neoliberale praatje van de ondernemers en de bedrijfsleiders en hun politieke handpoppen. Ambtenaren – civil servants – zijn er om de samenleving te dienen, en produceren dus geen groei of winst: weg ermee! Mensen zonder baan zijn parasieten: die moeten maar met minder dan die duizend euro per maand rondkomen. En wij, de productieven, gaan toch geen pensioen betalen voor die stumperds die geen riante tweede of derde pijler hebben opgebouwd; laat ze werken voor de kost. Di Rupo – De Ridder: een mooi stel.

Maar even later zegt hij dan toch iets om over na te denken. In de parafrase van Humo: “Kris Peeters kan de strijd tegen Bart De Wever in de provincie Antwerpen zeker winnen bij de verkiezingen in 2014.” Een interessant vooruitzicht voor die van Antwerpen. Het doet een beetje denken – alle verhoudingen in acht genomen - aan de Franse presidentsverkiezingen van 2002, toen Jacques Chirac in de laatste ronde uitkwam tegen Jean-Marie Le Pen en iedereen noodgedwongen op Chirac moest stemmen om de fascisten uit het Elysée te houden. Chirac werd opnieuw president met zo’n tachtig procent van de stemmen.

En iets dichterbij waren er natuurlijk de gemeenteraadsverkiezingen van 2006 in Antwerpen, toen het er ernstig op leek dat Filip De Winter en Vlaams Belang de grootste partij van de stad zouden kunnen worden. Uit pure noodzaak werd toen massaal op Patrick Janssens gestemd, die daarop weer zes jaar lang zonder noemenswaardige tegenstand de gemeentepolitiek kon herleiden tot een vorm van city marketing waarvoor de bewoners de prijs betalen.

Als Kris Peeters werkelijk de pion is om Bart De Wever tegen te houden, dan staan ze er mooi voor, daar in Antwerpen.

Antwerpen en vreemdelingen

 

Antwerpen heeft niet lang hoeven wachten op de nieuwe wind die het verse bestuur door de stad zou laten waaien. En het is een gure wind: een combinatie van neoliberalisme en vreemdelingenangst. Er is wel herhaaldelijk beweerd dat het beleid van het nieuwe college op veel punten in de lijn zou liggen van dat van de vorige bestuursploeg, onder leiding van Patrick Janssens. En deels klopt dat. De neoliberale koers van Voor wat hoort wat was inderdaad al diep doorgedrongen in de praktijk van de stedelijke instellingen. De vorige coalitie, met de sp-a, had zo al grondig het solidariteitsprincipe, dat toch een grondslag moet vormen voor veel overheidshandelen, onderuit gehaald. Maar dat kan nog beter, moet het nieuwe college gedacht hebben; in zaken van ‘responsabilisering’ geldt blijkbaar nog steeds het adagium van ‘baas boven baas’.

Afgelopen vrijdag besliste het Antwerpse college om een retributie in te voeren voor elke eerste inschrijving aan het vreemdelingenloket. Met andere woorden, iedereen die zich in Antwerpen wil vestigen en geen ‘langdurig ingezetene’ is van een EU-lidstaat betaalt voortaan 250 euro per persoon voor die inschrijving. De enige uitzondering hierop geldt voor studenten en erkende vluchtelingen. Wat vooral bevreemdt, is de officiële motivering van de voorgestelde maatregel. Die retributie dient namelijk om een aantal kostenposten en administratieve prestaties te dekken. Daarbij wordt onder meer verwezen naar huur/aankoop en onderhoud van gebouwen, kosten voor ict-ondersteuning en fotokopieën, en het bewaren en actualiseren van het dossier.

Neoliberalisme

Gedaan dus met openbare dienstverlening door de gemeente; dit is volop de burger als klant van de overheid. Sterker nog, de niet-burger als klant, want de nieuwkomer moet het recht om burger van de stad Antwerpen te worden aan het loket kopen. In de Standaard liet de verantwoordelijke schepen, Liesbeth Homans, optekenen: “De aanvrager vraagt een dienst aan de stad. Daar laten we niet alle Antwerpenaren voor opdraaien.” Denk: de volgende stap is het betalend maken van toegang tot het Stadspark. Immers niet alle Antwerpenaren moeten opdraaien voor het onderhoud van een park, als zij er geen gebruik van maken. En hetzelfde geldt voor het rijden op fietspaden, theaterbezoek en culturele activiteiten in het algemeen, gebruik van de papiermandjes in de winkelstraten, … Dus wordt ook de vreemdeling die zich in Antwerpen wil vestigen geacht zelf zijn steentje bij te dragen aan de huur van het gebouw waar zijn loket zich bevindt, aan de aanschaf van de pc’s waarop zijn dossier wordt behandeld, en aan het onderhoud van de server waar het wordt opgeslagen. Dat is het neoliberalisme ten top.

Meer dan een economische theorie, is neoliberalisme immers op de eerste plaats een maatschappijvisie, waarin de samenleving niet beschouwd wordt als een geheel van burgers, maar als een verzameling van elkaar beconcurrerende individuen, die allen een marktwaarde hebben en hun plek op de markt moeten veroveren en verdedigen. In deze redenering is de burger een klant, die geacht wordt te betalen voor wat de overheid voor hem doet. Voor de overheid is het een legitimatie om afstand te doen van alle activiteiten, diensten en goederen, die “in het individueel belang en voordeel van de aanvrager zijn”, zoals de persmededeling van het college het stelt.

In die zin zit er een zekere logica in de vreemdelingenretributie. Als je zou accepteren dat de overheid er is voor de burgers (en niet omgekeerd), en dat alle burgers een gelijk recht hebben op essentiële dienstverlening door die overheid (zoals gemeentelijke administratie, of hulp in geval van nood), dan komt het er dus op aan er voor te zorgen dat niet zo maar iedereen, kosteloos, zo’n burger kan worden.

Vreemdelingenangst

Filip Dewinter reageerde meteen op de aankondiging van het college: “Dit gaat vreemdelingen echt niet voldoende afschrikken om naar Antwerpen af te zakken.” Raakt hij daar de kern van de zaak? In ieder geval bevat het persbericht van het college in dat opzicht een mooi staaltje newspeak. Met de nieuwe retributie zou de stad Antwerpen zich aansluiten bij de tarieven van een aantal buitenlandse steden, die een gelijkaardig percentage buitenlandse inwoners verwelkomen. Hmm, merkwaardige manier van verwelkomen; het lijkt er eerder op dat men die vreemdelingen weg wil houden. Vreemdelingenhaat? In ieder geval vreemdelingenangst, letterlijk: xenofobie.

(Overigens, waar het college de bedragen vandaan haalt die men in Nederland zou vragen voor een gelijkaardige inschrijving bij de gemeente, is mij een raadsel. Verschillende Nederlandse gemeenten stellen op hun website expliciet dat de inschrijving van vreemdelingen in de gemeentelijke basisadministratie gratis is; Rotterdam en Amsterdam vermelden nergens een inschrijvingsrecht, waardoor je mag aannemen dat men niet aan het loket zelf plots 950 euro zal vragen.)

Maar wat is het voorspelbare resultaat van deze poging tot afschrikking? Mensen die zich in Antwerpen willen vestigen, zullen zich door de hoge inschrijvingskost niet laten overtuigen om dan maar in Westmalle of Willebroek te gaan wonen. Met andere woorden, het risico bestaat dat zich in Antwerpen een groeiende groep vormt van mensen die geen burger kúnnen worden, en die dus ook geen beroep kunnen doen op de voorzieningen en mogelijkheden die (tegen betaling) aangeboden worden aan burgers. Je kan als overheid mensen wel uitsluiten van het openbare leven, maar daarmee verdwijnen die mensen nog niet fysiek. Al geruime tijd bestaat er brede overeenstemming over de relatie tussen participatie en integratie. Je integreert in een samenleving door er aan te participeren, en je participeert door te integreren. De nieuwe maatregel van het Antwerpse college dreigt een hele groep mensen, die vaak in een zwakke maatschappelijke positie zitten, uit te sluiten, zowel van participatie als van integratie.

 

Deze tekst verscheen ook op http://www.mo.be/opinie/de-antwerpse-uitsluitingstaks, op http://www.demorgen.be/dm/nl/2461/Opinie/article/detail/1578947/2013/02/..., en op http://www.dewereldmorgen.be/artikels/2013/02/14/antwerpse-migrantentaks-neoliberalisme-ten-top.

 

Syndicate content