Nederland

verkiezingen en rechtsstaat

Een commissie van de Nederlandse Orde van Advocaten heeft een quick scan uitgevoerd van de voorstellen rond aspecten van de rechtsstaat in de partijprogramma’s voor de Tweede Kamerverkiezingen van 15 maart. Achtentwintig partijen zullen daar aan deelnemen. De Orde van Advocaten heeft de programma’s bestudeerd van de dertien partijen die in december 2016 met twee of meer zetels in de Kamer zaten. (In de maanden voorafgaand aan de verkiezingen zaten zeventien fracties in de Tweede Kamer, waaronder zes die zich gedurende de regeringsperiode 2012-2017 van een van de bestaande partijen afsplitsten. De partijprogramma’s van twee van die afsplitsingen, DENK en VNL, zijn bij de doorlichting van de commissie meegenomen, omdat zij momenteel met een fractie van twee leden in de Tweede Kamer vertegenwoordigd zijn. Verkiezingsprogramma’s van eenmansfracties heeft de commissie buiten beschouwing gelaten.)

De commissie, die bestond uit vijf eminente juristen, heeft in de partijprogramma’s vijf trends onderscheiden die in relatie staan met het behoud of de versterking van de rechtsstaat. Het gaat om immigratie en grondrechten, bestrijding van terrorisme en jihadisme, staatsrechtelijke hervormingen, recht en digitalisering, en Europa en de internationale (handels)verdragen. Op die deelterreinen heeft zij de voorgestelde maatregelen onderzocht naar hun rechtsstatelijke kwaliteit. Zij heeft alle relevante voorstellen getoetst aan drie minimumeisen:

·         De overheid is zelf gebonden aan het geldend recht en aan rechterlijke uitspraken. Haar beleid moet ten opzichte van de burgers voorspelbaar en controleerbaar zijn;

·         Fundamentele rechten en vrijheden van burgers worden geëerbiedigd;

·         Iedereen moet een effectieve toegang tot een onpartijdige en onafhankelijke rechter hebben.

De commissie wilde niet iedere keer inhoudelijk op de voorstellen ingaan, maar heeft ze wel elk ruwweg gekwalificeerd in drie categorieën:

·         Plannen die de rechtsstaat (kunnen) verbeteren (groen)

·         Plannen die (kunnen) afdoen aan de rechtsstaat (oranje)

·         Plannen die regelrecht in strijd zijn met de rechtsstaat (rood)

Het ziet er misschien wat kinderlijk uit, met die drie kleuren, maar je kan er natuurlijk wel een mooi overzichtje mee maken, dat kan helpen voor wie op 15 maart bezorgdheid om de rechtsstaat wil uitdrukken.

De commissie formuleert zelf deze conclusie:

“Hoewel de rechtsstaat in 2017 bij veel politieke partijen op de agenda staat, levert de beoordeling door de commissie een onrustig beeld op. Bij vijf van de dertien onderzochte verkiezingsprogramma’s heeft de commissie maatregelen gevonden die met de minimumeisen van de rechtsstaat strijden en daarom als “rood” zijn gemarkeerd, vaak omdat zij rechtstreeks ingaan tegen fundamentele rechten en vrijheden van mensen of inbreuk maken op het recht op een behoorlijk proces.7 Het gaat daarbij vooral om maatregelen rond terrorisme, jihadisme, vluchtelingen, islam en immigratie, thema’s die de afgelopen jaren sterk de aandacht trokken. De commissie merkt op dat de grote maatschappelijke uitdagingen van deze tijd de fundamenten van onze rechtsstaat daadwerkelijk onder druk zetten. Willen we de rechtsstaat behouden, dan zullen we in antwoord op dreigingen van buitenaf steeds naar die maatregelen moeten zoeken die onze rechtsstaat zelf geen geweld aandoen. Wie ter bescherming van onze democratische rechtsstaat bereid is om de rechtsstaat zelf te ondermijnen, bijvoorbeeld door bepaalde groepen burgers voortaan als tweederangs te behandelen of uit te sluiten van rechten, vormt zelf een bedreiging voor de vrijheden die het fundament van onze samenleving vormen.

Wat het onrustige beeld versterkt, is de opvallende staatsrechtelijke hervormingsdrift die in veel programma’s naar voren komt. De wijze waarop het machtsevenwicht in de democratische rechtsstaat op dit moment is georganiseerd, is geen vanzelfsprekendheid meer. Ook de digitalisering zorgt voor grote veranderingen en kan onze vrijheden versterken, maar ook verzwakken, bijvoorbeeld als maatregelen om het internet te beveiligen inbreuk maken op het recht op privacy.

De commissie wil niet de indruk wekken dat elke verandering verkeerd is. Onze rechtsstaat is dynamisch en ook onze vrijheden liggen niet vast. Veel kritische signaleringen van de commissie zijn daarom niet rood, maar oranje. Daarmee heeft de commissie willen aangeven dat deze voorstellen nog eens grondig moeten worden bekeken, omdat zij in rechtsstatelijk opzicht vragen oproepen, bijvoorbeeld omdat zij niet in overeenstemming zijn met bestaande regels en afspraken.

Er is bovendien ook goed nieuws. Meer dan in de vorige verkiezingsronde stelt de commissie vast dat de rechtsstaat als een relevant thema wordt benoemd in veel van de programma’s. Het blijft niet bij algemene steunbetuigingen; veel partijen doen voorstellen die een concrete versterking van onze rechtsstaat inhouden. De commissie wil speciaal daarop de aandacht van kiezers en gekozenen vestigen. Deze voorstellen zijn het overdenken waard bij het streven naar een steeds betere rechtsstaat. Daaraan geven wij gezamenlijk vorm.”

Opvallend vind ik zelf de ChristenUnie: haar vijf relevante voorstellen die de Orde van Advocaten heeft onderzocht, horen alle in de categorie ‘kunnen de rechtsstaat verbeteren’. Ook de SP, de Partij voor de Dieren, PvdA, D66 en GroenLinks lijken overwegend een versterking van de rechtsstaat voor te stellen.

 

‘Decentraal maatwerk’

De Nederlandse Eerste Kamer heeft vorige week de herziene Wet maatschappelijke ondersteuning goedgekeurd. Daarmee kan die volgend jaar van kracht worden onder de naam Wmo 2015. Op de speciale ‘transitiewebsite’ wordt de wet zo toegelicht: “Ouderen en mensen met een beperking krijgen straks via de Wmo 2015 passende ondersteuning (begeleiding, dagbesteding en huishoudelijke hulp) die ze in staat stelt om thuis te blijven wonen. Gemeente en cliënt gaan gezamenlijk de ondersteuningsbehoefte en oplossingen zorgvuldig bespreken. De eigen mogelijkheden en behoeftes van de cliënt en zijn mantelzorger zijn hierbij het uitgangspunt. Indien de burger het niet zelf of niet binnen de vertrouwde omgeving kan oplossen, moet de gemeente passende ondersteuning bieden.”

De gemeenten krijgen dus de regie van een belangrijk deel van de zorg voor kwetsbare groepen, maar die bevoegdheidsoverdracht vanuit de centrale overheid gaat wel gepaard met forse bezuinigingen. (Dat is niets nieuws: in de neoliberale benadering van de overheid is subsidiariteit een welgekomen theorie – zie ook http://www.durieux.eu/content/subsidiarity-anarchism-and-governance-complexity.) Het uitgangspunt wordt nu dat iemand slechts aanspraak kan maken op ondersteuning door de gemeente, wanneer hij of zij zichzelf niet kan redden of daarvoor geen beroep kan doen op partner, familie, huisgenoten, mantelzorg of anderen uit het sociale netwerk. Met andere woorden, de burger heeft nu geen afdwingbare rechten meer op ondersteuning, maar de gemeentelijke overheid heeft in extreme gevallen nog wel een zorgplicht. Het bepalen of die zorgplicht in werking treedt, kan volgens de ideologen van de Wmo gewoon plaatsvinden in een goed gesprek aan de keukentafel. De burger en de overheid zitten dan bij elkaar om in overleg te inventariseren wat de mogelijkheden zijn om zich op eigen kracht te redden en een inventaris op te maken van iedereen in het netwerk van de betrokkene, die daar een steentje kan toe bijdragen. Zie je het al voor je? Net alsof er twee gelijkwaardige gesprekspartners  aan de keukentafel zitten. Toevallig is de ene wel vragende partij, en beschikt de andere over de hulpmiddelen. Dat betekent dus ook dat het voor de vrager er op aan komt ‘zielig’ over te komen, en voor de gemeente om de ondersteuning zoveel mogelijk bij anderen te leggen.

Waar het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten (NJCM) het bijzonder moeilijk mee heeft is de verregaande aantasting van de privacy, niet alleen van de hulpvrager, maar ook van de mensen in diens netwerk. De hulpvrager wordt beoordeeld op zijn of haar persoonlijkheid, fysieke capaciteiten, financiële situatie, daginvulling, geestelijke en lichamelijke gezondheid. Maar ook de mensen uit het netwerk van de betrokkene, die in principe niets met de aanvraag zelf te maken hebben, worden gescreend; anders kan de gemeente immers niet vaststellen of zij voor de gevraagde ondersteuning kunnen zorgen.

Kortom, iedereen betaalt belastingen aan de overheid, maar als het erop aan komt, moet men zelf zijn boontjes maar doppen. Wie dat niet kan, moet in een ‘keukentafelgesprek’ niet alleen zichzelf, maar ook zijn vrienden, kennissen en contacten blootgeven. Het NJCM vraagt zich al voorzichtig af of deze gang van zaken wel zal passen binnen het recht op privacy en gezinsleven, zoals neergelegd in artikel 8 EVRM.

 

Caviapolitie

 

In de aanloop naar de parlementsverkiezingen van 2010 haalt de PVV van Geert Wilders een oud plan uit de kast: de partij wil dat Nederland ook animal cops krijgt. (Even tevoren was op de commerciële televisie een Amerikaanse reality-serie te zien met dezelfde titel. Daarin begeleidt een stompzinnige voice over politieagenten die voor de camera honden en poezen redden uit abominabele omstandigheden.)

Maar in het Limburg van Geert Wilders is de nood groot: “Een puppy die wordt doodgetrapt, een schaap dat in de wei wordt geslacht of verkrachte paarden en pony’s, er zijn genoeg voorbeelden die een strenge en professionele aanpak rechtvaardigen”, zegt hij bij de lancering van het plan. Om hoeveel van die verkrachte paarden en pony’s het gaat, wordt niet meteen duidelijk, maar misschien wilde Wilders eigenlijk vooral die bevolkingsgroep pakken, die maar niet wil integreren, en waarvan iedereen weet dat zij eerst schapen neuken en ze vervolgens de keel oversnijden.

Enfin, in het regeerakkoord Rutte-Verhagen, dat mee door Wilders is opgesteld, komt de passage: “Dierenmishandeling wordt harder aangepakt, onder meer door vijfhonderd animal cops”. Er is niks mis met het aanpakken van dierenmishandeling, zeker in kwekerijen of de veeteelt en in (het vervoer naar) de slachthuizen, maar of daarvoor vijfhonderd agenten moeten opgeleid en ingezet worden? De politiekorpsen zagen het in ieder geval niet zitten, en het is maar de vraag of er zelfs voldoende werk is voor de 125 agenten, die nu in oktober 2011 hun opleiding zouden moeten krijgen.

Inmiddels werd namelijk bekend dat de nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit (nVWA, de samenvoeging van verschillende controlediensten) bevoegd wordt voor de mishandeling van ‘landbouwhuisdieren en productiedieren’. Er zijn maw. geen ‘inhoudelijke redenen’ om de dierenpolitie in te zetten in de ‘agrarische bedrijfstak’, laat het ministerie van Veiligheid en Justitie weten. Zowel voor- als tegenstanders van het oorspronkelijke plan, zoals resp. de partij voor de Dieren en de Amsterdamse korpschef, hebben het nu geringschattend over ‘hamsterpolitie’ of ‘caviapolitie’. Je zal als agent nog animal cop willen worden…

Intussen is blijkbaar nog steeds niet duidelijk of die vijfhonderd agenten dierenpolitie, als zij er al komen, voltijds aan de slag zouden gaan. Je kan ze ook, zeg maar, één dag in de week animal cop laten doen, en dan scheelt het dus nogal wat of je daar landelijk 500 vte of 100 vte voor vrijmaakt. Bovendien blijkt uit geen van de tot nu toe bekende plannen hoe groot de noodzaak is van een uitbreiding en specialisering van dit specifieke politietoezicht, of wat exact de doelen zijn die men wil bereiken, en hoe dit gaat gemeten worden. Of zoals Rob Velders (www.passievoorpubliekeverantwoording.nl) het stelde: “Hoeveel dieren gaan we redden en hoeveel dierenbeulen gaan we het leven zuur maken? Wanneer moeten die hun nare gewoontes hebben afgeleerd? … We doen ons best en we zullen aan het eind van de periode (welke?) wel bepalen (hoe?) of we succesvol (wanneer is dat het geval?) zijn geweest.”

Kortom, een mooi voorbeeld van hoe een verkiezingseis, die toch al een losse flodder was, wel het regeerakkoord haalt, maar vervolgens vakkundig om zeep wordt geholpen.

 

Twitter

Dit is het niveau waarop tegenwoordig politiek bedreven wordt in Nederland.

Nrc.nl wist nog te melden: “Geert Wilders wil dat premier Rutte serieus werk gaat maken van het uit de eurozone zetten van Griekenland. Dat liet de PVV-voorman vanmiddag op Twitter weten.”

Maar de tweet zelf is veel duidelijker: “Geen woorden maar daden. Rutte moet niet alleen roepen dat landen uit de euro moeten maar Griekenland er nu uitzetten!”

Ja hoor, een hele EU-lidstaat met haar hele bevolking worden zo in twintig woorden in de ban geslagen. Een hele eurozone, met zeventien lidstaten, wordt zo in twee zinnen bijgesteld.

Dat de man gek is, lijdt geen twijfel. Wat denkt hij? Dat Rutte in zijn eentje, als een Romeinse keizer, kan beslissen dat de Grieken voortaan niet meer bij het keizerrijk horen? Het zal best zijn dat heel wat mensen dit soort bedenkelijke simplisme zijn gaan beschouwen als ‘zeggen waar het op staat’. En natuurlijk is het niet alleen het simplisme van Wilders dat een ideaal instrument vindt in Twitter; het medium heeft ook wel degelijk geleid tot het simplisme van de boodschap.

Wij staan er mooi voor. Je kan nog wel proberen in discussie te gaan over de dictatuur van het populisme, en hoe die tegen te gaan of te ondergraven. Maar de dictatuur van de technologie en de massamedia, die alleen maar simplisme toelaten, wat gaan wij daar aan doen?

Paljas in uniform

Onlangs had nrc.nl een bericht:

Commotie over opgepakte Utrechtse fotograaf die tonen ID weigerde

Twee uur doorbrengen in een politiecel op Utrecht Centraal. De reden: fotograferen in het stationsgebied, “in de weg” staan en het niet tonen van een identificatiebewijs. Kan dat zomaar? Het overkwam journalist Emiel Elgersma. Oordeel zelf.”

De link achter overkwam is die naar het blog van Elgersma.

Tiens, het doet mij denken aan wat ik zelf meemaakte in 1984. Dat verhaal is terug te vinden in het archief: Paljas in uniform.

Er zijn blijkbaar altijd uniformen die het moeilijk hebben met burgers, en vice versa.

Syndicate content